verantwoord eekhoorns bijvoeren

Eekhoorns in je tuin

Kijkgenot
Het is een genot om de activiteit van eekhoorns in het bos of in je tuin te aanschouwen. Hun snelheid, klim- en springvaardigheden en aaibare uiterlijk dragen bij aan de populariteit van de eekhoorn.
De Latijnse naam voor eekhoorns is ‘Sciurius vulgaris’ wat zoiets betekent als ‘Schaduwstaart’. Een eekhoorn kan immers in de schaduw van zijn eigen staart zitten. Maar die staart komt bij meer zaken van pas. Het dient als hulpmiddel bij het evenwicht, het sturen en zwemmen.

Bovendien heeft de staart taken in communicatie met soortgenoten en als isolator omdat hij een opgerolde eekhoorn volledig kan bedekken als een dekbed. Het springen doet een eekhoorn vooral door zijn krachtige achterpoten en scherpe klauwtjes. Met die klauwtjes kan een eekhoorn ook met de kop naar beneden langs een boomstam klimmen.

In elke tuin te zien?
Eekhoorns zoals wij ze kennen, komen in vrijwel geheel Europa voor. In Engeland en delen van Italië wordt de rode eekhoorn langzaam verdrongen door de sterkere grijze eekhoorn. Waar de grijze eekhoorn dominant is, wordt de eekhoorn in tuinen als last ervaren. In Engeland zijn evenzoveel producten tegen als voor de eekhoorn in de tuin verkrijgbaar. Een voorbeeld zijn de squirrel-busters; vogelvoersilo’s die de grijze eekhoorn niet kan plunderen of slopen.

De eekhoorn leeft voornamelijk in uitgestrekte naaldbossen of gemengde bossen waarin naaldbomen overheersen. Hoewel de naam eek-hoorn doet vermoeden dat de eekhoorn de voorkeur geeft aan eiken met eikels, winnen cedernoten of cypressenzaad uit dennenappels het absoluut als favoriete maaltijd. Eekhoorns komen in Nederland ook wijdverspreid voor in tuinen en parken. Zeker in slechte mastjaren begeven eekhoorns zich dichter bij de mens op zoek naar eten. Een goed mastjaar is een jaar waarin bomen en planten veel meer vrucht dragen dan gemiddeld. Eekhoorns kunnen zich vestigen in tuinen nabij een boomrijk gebied bij voorkeur waar de takken van de bomen aansluiten, hetzij permanent of tijdelijk. Het aanbieden van goede eekhoornvoeding helpt uiteraard om de eekhoorn in je nabijheid te behouden!

Activiteit
Het leefgebied van eekhoorns varieert per seizoen en is mede afhankelijk van het voedselaanbod. Eekhoorns zijn in de lente en zomer vooral ‘s ochtends vroeg en vlak voor zonsondergang actief. Daartussen wordt een soort middagslaap gehouden. In de herfsttijd zijn ze actiever, er wordt dan een wintervoorraad aangelegd. In de wintermaanden zijn ze afhankelijk van het weer maar beperkt actief. Eekhoorns houden geen winterslaap maar zijn wel veel minder actief in de wintermaanden. Ze houden zich dan het grootste deel van de dag gedeisd in een soort ‘spaarstand’ en leven van de voorraden die ze in de herfst hebben aangelegd dichtbij hun slaapplaatsen. Hun leefgebied is daardoor dan beperkt. In het voorjaar en de zomer strekt hun leefgebied zich uit tot tientallen hectares rond de vaste verblijfplek. Vaak gebruiken ze meerdere slaapplaatsen. Vrouwtjes wonen vaak meer verspreid van elkaar dan mannetjes.

Paring en jongen
De paartijd start bij een hele zachte winter al in december, maar is doorgaans op zijn hoogtepunt tussen januari en maart. Mannetjes jagen achter elkaar aan om rangorde te bepalen. Mannetjes kunnen vrouwtjes op grote afstand ruiken die klaar zijn om te paren. Het vrouwtje bepaalt welk mannetje met haar mag paren. Na 38 dagen draagtijd worden meestal 2 tot 5 jongen geboren. Het eekhoornvrouwtje heeft acht tepels voor het zogen van de jongen en brengt ze groot in een nest dat door mos en gras goed geïsoleerd is. Dat moet ook wel omdat de jongen kaal worden geboren en pas na 8 tot 10 dagen een vachtje ontwikkelen. De oogjes gaan na circa vier weken open.
Meestal wordt het eerste nestje jongen tussen maart en mei geboren. Het vrouwtje zorgt alleen voor de jongen. Na een week of acht gaan de jongen mee het nest uit en als ze na enkele weken voldoende sterk zijn om zelf voedsel te verzamelen, zijn ze op een leeftijd tussen 12 en 16 weken onafhankelijk van hun moeder.

Lang leve de vos
De belangrijkste natuurlijke vijanden van de eekhoorn zijn in Nederland en België roofvogels zoals haviken maar ook honden, katten en marters. Een andere ‘natuurlijke vijand’ is sterven door verhongering of door auto-ongelukken. Jonge eekhoorns sterven vooral door honger en hitsige mannetjes in de paartijd door auto-ongelukken.
De marter is een natuurlijke vijand. Maar waar veel vossen zitten, zitten doorgaans minder marters. In zuid-Duitsland wordt de positieve ontwikkeling van de eekhoornstand toegeschreven aan de opkomst van de vos en de daarmee samenhangende natuurlijke ‘bestrijding’ van de marter.